Om te beseffen wat de dood is moet je eerst inzicht krijgen in wat een concept is.
We beginnen bij het begin.. Stel jezelf de vraag: ‘Wie ben ik?’ Jij BENT niet je naam toch? Noch je titel… noch je functie. Heb je hem? Zo niet, lees de zin dan opnieuw en denk erover na tot je hem te pakken hebt! Wie je echt bent zit in het diepste van jezelf. Hier zul je geen antwoord op vinden. Althans, niet in woorden, enkel in beleving. Waar je wel een antwoord op krijgt is: ‘Wat is een ego?’ Iedereen bezit een ego, jij BENT niet je ego… je BEZIT een ego. IEDEREEN bezit een ego.
Je ego kent veel gevoelens. Gevoelens als angst, vreugde, jaloezie en verdriet. Onthoud: jij BENT niet je ego. Als je na een sollicitatie wordt afgewezen krijg je een gevoel van falen, van boosheid en misschien jaloezie. Dit gevoel is van de ego, de ego ontwikkeld zich door een concept. Een concept wat je aangeleerd krijgt door omgevingsfactoren. Jouw ego had deze baan willen hebben. Want dat heb je geleerd. Als jij geleerd had dat afwijzing betekend dat er nog iets veel mooiers op je pad gaat komen, dan had je daar vertrouwen in gehad en vreugde ervaren. Als jij promotie krijgt op je werk voel je blijdschap en trots. Dit gevoel wordt weergegeven door de ego. De ego laat voelen dat dat gepaard gaat met trots. Trots omdat je aangeleerd krijgt dat dat goed is. Het is de ego die dat gevoel laat bestaan. Het is niet goed of fout, het is gewoon zo.
Alles behoort tot een groot geheel, een systeem dat nauwkeurig samenwerkt waar jij onderdeel van bent. Sommigen noemen het God, sommigen moeder natuur, weer anderen hebben een andere naam. Het is het concept dat jij aangeleerd krijgt of waarbij je zelf een beeld ontwikkeld door ‘aangeleverde conceptpuzzelstukjes’. Jij bestaat pas in dit systeem als jij waargenomen wordt. Stel, je loopt langs een groot groen veld. In het midden van dit veld staat helemaal alleen een klaproos. Hij valt je op. Deze roos bestaat pas als hij opgemerkt wordt. Je kunt hem zien, voelen en ruiken. Maar deze roos bestond altijd al in het systeem. Alleen is hij nu zichtbaar geworden in de vorm die hij op dat moment heeft en krijgt in deze vorm bestaansrecht voor jouw ego (je neemt waar en koppelt hier een gevoel aan en vormt een oordeel). Hierdoor gaat hij deel uit maken van een groter systeem. Dus nogmaals: Voordat jij hem zag bestond de roos ook al.
Er is geen begin en geen eind
Het systeem is altijd in beweging, een begin en eind bestaan niet. Alleen in onze gedachte, omdat het een aangeleerd concept is. Net als ruimte dat niet bestaat, alleen als gedachtegoed. Wij nemen ruimte waar door het concept ruimte. Seizoenen lijken te beginnen en te eindigen. Maar dit is in onze beleving. Het is een aangeleerd concept. Het komt ALTIJD weer terug, ik noem dit dus ‘het systeem dat in beweging is’. Een dag, een maand en een jaar lijken ook te beginnen en eindigen. Omdat wij dat zo zien als aangeleerd concept, wij koppelen hier cijfers aan. Alles keert ALTIJD weer terug dus het is een eindeloze beweging. Zoals het systeem beweegt op kleine en grote schaal zorgt het ervoor dat alles voort blijft bestaan, maar dan in een andere vorm. Een golf in de zee neemt een vorm aan en verdwijnt, vervolgens laat hij zich weer zien in een andere vorm. Bladeren die van de boom vallen worden opgenomen in de bodem en vormen zich weer tot iets anders. Het lijkt te eindigen, maar het keert altijd weer terug. Zo denk ik dat ‘het leven’ op aarde, hoe dan ook ontstaan, weer opnieuw zal ontstaan. Dit als een golf, maar dan in het groot. Alleen kan ons bewustzijn dit nauwelijks bevatten, omdat wij gevangen zitten in concepten van de bewustzijn van ons ego. Wij creëren de wereld om ons heen zoals wij hem zien en beleven, omdat we dat aangeleerd krijgen met de zintuigen die we bezitten.
Verdriet is van de ego
Als een baby zijn of haar moeder verliest is het niet verdrietig. Hij of zij heeft nog geen kennis kunnen maken met het concept verlies en verdriet. De ego is nog niet ontwikkeld. Als de baby huilt is dit, omdat het niet comfortabel is. Het wil melk dat maar niet komt. Het wil warmte dat ontbreekt. De baby huilt niet omdat het zijn moeder is verloren, enkel omdat de ego instinctief wil voortleven en deel wil uitmaken van het grotere systeem. Het huilen hoort in deze bij het overlevingsmechanisme. Een deel van de nog onderontwikkelde (dus instinctieve) ego. Als je beseft dat verdriet aangeleerd is zul je hier anders tegenaan kijken. Een Afrikaanse stam in Ghana viert feest bij de dood van een geliefde. Tranen van vreugde, trots, er wordt gezongen en gedanst! Daarentegen heb ik zelf ooit een groep mensen van een andere stam uit Afrika waargenomen waarbij personen flauwvielen van verdriet, ze voelden zich verstikt en kregen nauwelijks nog lucht. Letterlijk ontroostbaar. Een (biochemische) lichamelijke reactie op de ego. Het verschil? Welk voorbeeld je hebt gehad en welk concept je aangeleerd kreeg. Het heeft te maken met cultuur, ras, historie en economische condities. De ego gaat dit concept vervolgens vormgeven of opnieuw vormgeven.
Als je een dierbare verliest en je voelt intens verdriet. Besef dan dat dit verdriet niet van jou afkomstig is. Maar van de ego. De ego is gefrustreerd dat het deze persoon niet meer waar kan nemen in zijn oorspronkelijke vorm. Het voelt als ‘een verlies’ dat het niet meer kan praten met de persoon. Niet meer aanraken, niet meer waarnemen. Maar als je iets niet kan waarnemen betekend het niet dat dit niet meer bestaat. Alles bestond al en alles blijft altijd bestaan. Denk aan de roos in het veld of de zee die van vorm veranderd. Alleen kan de ego het niet meer waarnemen in de vorm zoals de ego het kende. Iedereen die niet meer verder leeft in de vorm waarbij hij of zij altijd verscheen, is er nog. Het zit opgeslagen in het grote systeem en keert altijd terug in een andere vorm. In jou, in de natuur, in alles wat je waar kunt nemen en zelfs in wat je niet waar kunt nemen (wij zijn beperkt). Als je dit gaat begrijpen zul je je ego, die de oorspronkelijke vorm eigenlijk terug wil, temperen en zul je je dierbare terugvinden. Onthoud dat er geen begin en einde is. Alleen maar beweging. Zoals de seizoenen bewegen, beweegt alles, alleen veranderd het van vorm. Alles was er al en alles blijft bestaan.